In de vernieuwing van stadswijken speelt het openbaar groen een ondergeschikte rol. Het belang van groen moet hoger op de agenda. Meer ruimte om bewoners bij het groenbeheer te betrekken kan daarbij helpen.
Wie in Amsterdam over de Burgemeester Vening Meineszlaan de tuinstadwijk Slotermeer inrijdt kijkt zijn ogen uit. Een brede groenstrook met Kaukaksische vleugelnootbomen begeleidt de toegang tot de woonwijk. Die boomsoort is bekend van een van Amsterdams chicste straten – de Minervalaan bij de Zuidas – maar staat evengoed in de gewonemensenwijk Slotermeer. Groen tot aan de voordeur, op je blote voeten via het gras naar de Sloterplas. Dat is de kwaliteit van Amsterdam Nieuw-West. Dat groene karakter kenmerkt de meeste buitenwijken uit de jaren vijftig, zestig en zeventig. Maar de manier waarop met het groen wordt omgegaan is de afgelopen jaren door de stedelijke vernieuwing sterk gewijzigd. Bij sloop en nieuwbouw van de afgelopen jaren zijn de relatief kleine woningen vervangen door technisch betere en comfortabele woningen, maar werd het groen juist om kostentechnische redenen gemarginaliseerd. Planten verdwenen en gras verscheen. Vaak is er verdicht. De mogelijke waarde en toegevoegde kwaliteit van het groen zijn vergeten.
![Project Cadiz Amsterdam Osdorp succesvolle combinatie groen en nieuwbouw. foto: Stadsdeel Nieuw-West](http://www.platformvoer.nl/wp-content/uploads/2014/04/projectt-Cadiz-Amsterdam-Osdorp-succesvolle-combinatie-groen-en-nieuwbouw-e1397037527558.jpg)
Project Cadiz Amsterdam Osdorp succesvolle combinatie groen en nieuwbouw. foto: Stadsdeel Nieuw-West
Statische architectuur
In de naoorlogse wijken verandert de opvatting over groen in de stad ten opzichte van groenaanleg in de vooroorlogse wijken. Zo worden in de Amsterdamse tuinsteden parken niet meer geïsoleerd tussen de bouwblokken gelegd, maar vloeit de groene ruimte om de bebouwing heen. Uiteindelijk zijn er in Amsterdam Nieuw-West minder woningen gebouwd dan gepland. Echter, datgene wat wel gebouwd is wordt omgeven door weelderig groen. ‘Uitgekleed bouwen, maar in een jurk van groen’ noemde de toenmalige wethouder Van der Velde dat begin jaren vijftig bij oplevering van de eerste woningen.
Groen in de stad is van levensbelang, maar komt nooit zonder slag of stoot tot stand. Kenmerkend voor de niet altijd vlekkeloze verhouding tussen stedenbouwkundigen en groenontwerpers is een opmerking van Nederlands beroemdste tuinarchitecten Mien Ruys. Ruys verzuchtte bij de aanleg van de tuinsteden in de jaren vijftig dat het zeer eigenaardig was om in stedenbouwkundige opgaven over ‘groen’ en niet over ‘beplantingen’ te spreken. Volgens Ruys zagen stedenbouwkundigen groen als iets waar je (statische) architectuur mee kon bedrijven. Terwijl voor Ruys juist het levende en veranderlijke van beplantingen als iets buitengewoon aantrekkelijks werd beschouwd. In haar plannen voor de hoven tussen de woningen in Slotervaart brachten vaste planten, bomen en struiken de opeenvolging van de seizoenen dicht bij huis in beeld. Geld voor vaste planten was er weinig – ondanks dat kon Ruys door de gevarieerde samenstelling van de beplanting ieder gelijkvormig woonblok een eigen karakter geven.
Geringe aandacht
In het denken over de toekomst van de Westelijke Tuinsteden is weinig aandacht voor het groen, zo bleek tijdens de gesprekssessies die op initiatief van wethouder Paulus de Wilt van Nieuw-West in januari dit jaar zijn gehouden. Deelnemers Jacqueline Rosbergen en Anita Blom van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed merkten op dat de ‘vertraging’ die zich door de economische crisis voordoet, louterend kan werken. ‘Minder haast biedt meer tijd om goed na te denken over sloop versus behoud. Het groen in de tuinsteden en naoorlogse wijken is bij uitstek de contramal voor de vaak kleine en sobere woningen.’ Rosbergen maakte zich zorgen om de geringe aandacht voor het groen. Door bezuinigingen op onderhoud worden vaste planten bijvoorbeeld vervangen door onderhoudsvrij gras. Daarmee vervlakt het beeld van de verscheidenheid aan groen, terwijl de hele wijk door groen wordt gedragen. Ze constateerde een kennislacune in zowel het onderwijs als in de praktijk. Op de scheidslijn tussen hovenierskennis over planten versus het stedenbouwkundig ontwerpen van groen ontbreekt de kennis. Dat is jammer, want zonder kennis vervlakt alles.
Stamomtrek
Goed nieuws: er is hoop. Steeds vaker nemen bewoners beheer actief in eigen hand, waarmee – mits goed begeleid – de kwaliteit van het groen omhoog gebracht kan worden. Hoe de positie van groen versterkt kan worden, kan Hamburg als inspiratie dienen. Daar is het ruimtelijk ontwikkelingsplan Mehr Stadt in der Stadt (meer stad in de stad) leidend. Want Hamburg groeit en moet verdichten. Dat valt aan kritische Hamburgers alleen uit te leggen als tegelijkertijd de kwaliteit van het groen omhoog gebracht wordt. In het bestemmingsplan is daartoe consequent en juridisch de minimale stamomtrek van nieuw te planten bomen opgenomen. Dergelijke manieren ontbreken in Nederland helaas (nog), waar het behoud van groen slecht economisch en juridisch verankerd is. En waar via ‘prestatieafspraken’ en ‘convenanten’ men elkaar lachend voor het fotomoment de hand schudt om daarna weer vrolijk z’n eigen gang te gaan.
Meer stad vindt al plaats in veel buitenwijken: de bevolking is divers, het voorzieningenaanbod idem, er wordt meer en dichter gebouwd. Meer tuin (nee, niet groen, vraag maar aan Mien) zou ook een goed adagium zijn, als contramal van de verstedelijking. Niet in kwantitatieve zin – eerder minder groen, maar met een hogere kwaliteit. Met meer zelf- en bewonersbeheer. Zo biedt groen volop kansen voor de bloeiende toekomst voor tuinsteden. Mits de gierende angst voor verrommeling los kan worden gelaten.
![Gemeentelijk monument Bluebanddorp in Slotervaart laat waarde van groen sterk zien. foto: Stadsdeel Nieuw-West](http://www.platformvoer.nl/wp-content/uploads/2014/04/Gemeentelijk-monument-Bluebanddorp-in-Slotervaart-laat-waarde-van-groen-sterk-zien-e1397042579822.jpg)
Gemeentelijk monument Bluebanddorp in Slotervaart laat waarde van groen sterk zien. foto: Stadsdeel Nieuw-West
![Nieuwbouwproject Andreas Ensemble, hoge dichtheid en groen karakter gaan prima samen. foto: Stadsdeel Nieuw-West.](http://www.platformvoer.nl/wp-content/uploads/2014/04/Nieuwbouwproject-Andreas-Ensemble-e1397046193475.jpg)
Nieuwbouwproject Andreas Ensemble, hoge dichtheid en groen karakter gaan prima samen. foto: Stadsdeel Nieuw-West.
Vincent Kompier (1967) heeft planologie en demografie gestudeerd. Sinds zijn afstuderen schrijft en publiceert hij over ruimtelijke aspecten, met specialisatie op tijdelijkheid en collectief particulier opdrachtgeverschap. Daarnaast blogt hij de dagelijkse ruimtelijke ordening van Berlijn van zich af op www.vincentkompier.de